Hoe is het om geen vaste woonplaats te hebben? In de serie Moderne Nomaden portretteer ik mensen die kiezen voor een zwervend bestaan. Aflevering 3: Jeroen en Andrea trekken door Afrika en wonen in een Land Rover.
Fotografie: Jeroen van Loon
Opmaak: Susanne Laws
Als Andrea Dijkstra en Jeroen van Loon op een plek komen waar ze willen blijven, bouwen ze eerst hun huis op. De daktent boven op hun Land Rover, hun slaapkamer, klappen ze uit. Een uitklaptafeltje aan de achterdeur van de auto toveren ze om tot keuken, met een tweepits kookplaatje. Een campingtafel naast de wagen vormt de eet- en werkkamer. Samen zitten ze regelmatig aan het tafeltje te werken, met twee laptops die er maar net tegelijk op passen. Jeroen werkt al twaalf jaar als fotograaf, Andrea besloot negen jaar geleden na haar studie Culturele Antropologie journalist te worden. Al 3,5 jaar trekt het stel door Afrika, op zoek naar mooie verhalen. Wat begon als een lange werkreis, is uitgegroeid tot een leefstijl.
De auto is in de garage. Het voelt kaal, vertellen Jeroen en Andrea via Skype vanuit Zuid-Afrika. Ze kamperen op een camping in Pretoria en wachten tot de reparaties klaar zijn. Zo lang dat duurt zijn ze niet alleen hun voertuig, maar ook hun huis, werkkamer en opslagplaats kwijt.
Voor verschillende buitenlandreportages waren Andrea en Jeroen al in het buitenland geweest, in Kenia, Tanzania, Afghanistan en Brazilië. Maar dat bleek voor freelancers moeilijk te bekostigen: als ze geluk hadden, haalden ze de kosten van de reis en vliegtickets er net uit. Daarom gingen ze op zoek naar een manier van reizen die flexibeler en goedkoper was dan vliegen. Jeroen: ‘Maar we wilden vooral ook graag een gebied goed leren kennen door ergens langere tijd te zijn.’
Waarom hebben jullie voor Afrika gekozen?
Andrea: ‘Eigenlijk vinden we de hele wereld interessant, maar Afrika lag wel voor de hand omdat we er via land naartoe wilden gaan. Bovendien staat het continent steeds meer in de belangstelling door de toenemende economische groei. We hebben de auto in Nederland gekocht en helemaal omgebouwd om erin te kunnen wonen. Uiteindelijk zijn we wel een jaar bezig geweest met de voorbereidingen. Op 1 juni 2011 zijn we vertrokken. We hebben onderweg drie weken doorgebracht in Tunesië tijdens de Arabische lente, we zijn in Egypte, Syrië en Libië geweest en hebben toen koers gezet naar het zuiden.’
Hadden jullie altijd al de droom om alles op te geven en gewoon te vertrekken?
Jeroen: ‘We hadden allebei al veel gereisd en wilden dat ook blijven doen, maar de beslissing om zo te gaan leven had vooral te maken met ons werk. We komen op plekken waar andere correspondenten niet komen, en stuiten op verhalen die we alleen kunnen maken doordat wij met onze auto rondtrekken. Het nadeel van reizen met de auto is natuurlijk dat je niet erg snel bent. Als wij in Zuid-Afrika zijn, kunnen we niet de dag erna verslag doen van een gebeurtenis in Kenia.’
In de afgelopen jaren zijn Jeroen en Andrea stap voor stap door Afrika afgezakt naar het Zuiden. Onderweg schreef Andrea over de eerste glossy voor vrouwen in Zuid-Soedan, over Nederlandse VN-militairen op missie, over Chinese arbeiders in Oeganda, een conflictvrije tinmijn in Oost-Congo en over hoe niet alle Rwandezen de genocide op hun eigen manier mogen herdenken. Jeroen maakte er foto’s. Soms reizen ze hun neus achterna, soms zorgen ze dat ze in een land zijn op het moment dat daar bijvoorbeeld verkiezingen zijn, soms draaien ze om als er in een land dat ze net hebben verlaten iets interessants gebeurt. Zo zijn ze niet in een rechte lijn zuidwaarts gereden, maar hebben ze sommige landen meerdere keren aangedaan. Andrea: ‘We zijn vier keer in Kenia geweest, twee keer in Rwanda, twee keer in Mozambique. Dat zijn landen waar we nu goede contacten hebben opgebouwd.’
Hoe kom je in contact met de lokale bevolking als je steeds in een ander land en een andere cultuur bent?
Andrea: ‘Als we ergens komen, vragen we mensen vaak of we de auto bijvoorbeeld in hun achtertuin mogen zetten, of op de beveiligde grond van een kerk of ngo. We slapen dan in onze daktent. Het gebeurt ook vaak dat mensen ons uitnodigen om bij hen thuis in het logeerbed te komen slapen. Dat is leuk, want zo komen we heel direct in contact met de lokale mensen die hun land en cultuur goed kennen en weten wat er speelt.’
Kamperen jullie ook wel eens buiten dorpen of steden, in de natuur?
Andrea: ‘We hebben dat een tijd lang gedaan, tot we een heel nare ervaring hebben gehad in Tanzania. Daar hadden we de auto op het strand gezet, we hadden de daktent uitgeklapt en waren gaan slapen. Middenin de nacht werden we overvallen door een paar gewapende mannen die Jeroen met een kapmes hebben aangevallen. Gelukkig lukte het ons om te voet te ontsnappen en twee uur later zijn we met de politie teruggekomen. De auto stond er nog, maar heel veel camera-apparatuur en andere belangrijke spullen waren gestolen. We zijn toen een paar weken terug naar Nederland geweest. Om alles te regelen met verzekeringen en papieren en ook om rustig te kunnen nadenken of we hier wel mee verder wilden gaan. Uiteindelijk hebben we besloten om terug te gaan. Werken in Afrika vinden we nog altijd waanzinnig interessant, maar wildkamperen doen we niet meer.’
Maken jullie vaker spannende dingen mee?
Andrea: ‘In Oost-Congo zijn we per ongeluk in de frontlinie terechtgekomen. Onze vaste fixer, die ons daar vaker heeft geholpen, kon niet die dag dus hij had ons naar een vriend verwezen die ook fixer was. Toen bleek dat die jongen geen auto had en dat hij met onze auto wilde gaan. Dat vonden we al een beetje raar: onze auto valt heel erg op. Maar hij wees ons de weg en hij zei dat het geen probleem was. We reden een tijd en toen vielen rondom ons ineens de kogels uit de lucht en bleek dat we midden tussen de gevechten zaten. Dat was niet echt de bedoeling.’
Wat een avontuurlijk bestaan.
Jeroen: ‘Ja, maar we brengen ook heel veel dagen door met visa aanvragen, slaapplaatsen zoeken en een geschikte route uitstippelen. Het internet is hier traag, dus als we bijvoorbeeld iets moeten verzenden zijn we vaak lang bezig.’
Andrea: ‘Ja, er zijn best veel dingen die ingewikkeld zijn als je als nomade leeft. Allerlei instanties zoals de Belastingdienst, gemeente en verzekeringen gaan er eigenlijk vanuit dat je op een vaste plek woont. Als je bijvoorbeeld langer dan een jaar weg bent, wordt je in Nederland automatisch uitgeschreven bij de gemeente. Wij kunnen ons als nomade natuurlijk nergens anders inschrijven. Toch moet je een adres in Nederland hebben als je een Nederlands bedrijf hebt. En de auto moet eigenlijk ieder jaar naar de APK-keuring, maar dat kan dan weer alleen in Nederland en daar zijn we niet. Veel instanties zouden nog wel beter met moderne nomaden kunnen omgaan, want volgens mij krijg je steeds meer mensen die op zo’n flexibele manier gaan werken en leven.’
Jullie hebben geen vaste woonplaats, maar waar voelen jullie je thuis?
Andrea: ‘De auto voelt voor mij echt als thuis. Omdat we in zo’n kleine ruimte leven, hebben we maar heel weinig spullen. Daar is gewoon geen plaats voor. Ik ben er al snel achter gekomen dat ik die spullen ook helemaal niet nodig heb om me thuis te voelen. Natuurlijk, we hebben onze apparatuur nodig voor ons werk, maar verder hebben we heel weinig ballast. Dat voelt heel vrij.’
Verandert dat je blik op de wereld?
Andrea: ‘Het verruimt je blik, denk ik. De paar keer dat we een paar weken terug in Nederland zijn, halen we weer wat kleren uit de dozen vol spullen die we hebben opgeslagen. Maar eigenlijk denken we dan: wat moeten we met al die spullen? We kopen ook bijna nooit iets nieuws. We hebben toch geen idee van wat er in Nederland in de mode is.’
Hoe is het als jullie terug in Nederland zijn?
Jeroen: ‘Het is vaak een beetje druk, omdat iedereen dan met ons wil afspreken. Vakantie kun je het niet noemen, maar het is wel erg leuk ook natuurlijk. Soms is het gek omdat zo veel nog hetzelfde is gebleven. 3,5 jaar later kijkt iedereen nog steeds iedere avond De Wereld Draait Door. Toch zijn er ook wat dingen veranderd. Het valt ons op dat iedereen de hele tijd op zijn telefoon of tablet zit te kijken. Tablets worden in Afrika alleen nog door de elite gebruikt, en Whatsapp is er niet zo groot.’
Andrea: ‘Daar keken we wel echt van op, dat het hier zo veel gebruikt wordt. Een vriendin zei tegen me “ik app je nog wel”. Ik vroeg me echt af wat ze bedoelde. Welke app?’
Missen jullie ook dingen?
Andrea: ‘Ik mis soms een eigen ruimte, want als je op deze manier woont en werkt is bijna niets privé. Zodra we ergens gaan kamperen staan er allemaal mensen om ons heen. Vooral een werkruimte zou heel fijn zijn. Hier word ik als ik buiten zit de hele tijd gestoord door mensen die willen weten wie ik ben en wat ik aan het doen ben. We werken natuurlijk ook wel binnen als we bij mensen logeren, maar dat is ook lastig. Zij vinden het vaak heel gek en ongezellig dat we veel achter de computer zitten.’
Wat is jullie missie?
Jeroen: ‘We willen laten zien hoe divers Afrika is. Hier gebeurt zo veel meer dan je in de media ziet. Afrika is een enorm continent dat een grote economische ontwikkeling doormaakt, maar de verhalen die je leest en de reportages die je ziet gaan vaak alleen over oorlog, honger, aids of ebola. Er zijn 54 landen in Afrika, en over de meeste daarvan hoor je bijna nooit iets.’
Geven jullie het nomadenbestaan ooit nog op?
Andrea: ‘Ons plan was oorspronkelijk om heel Afrika door te reizen en ons daarna ergens te vestigen. Uiteindelijk zijn we veel langzamer gereisd dan we hadden gedacht, en zijn we o.a. door de ebola-epidemie nog niet in West-Afrika geweest. Maar we denken er wel over na hoe we in de toekomst zouden willen leven, ook als we misschien aan een gezin zouden beginnen. Het lijkt me trouwens heel bijzonder om met een kind door Afrika te reizen, maar het is in ieder geval wel duidelijk dat we dan niet op dezelfde manier kunnen leven als we nu doen.’
Werk van Jeroen en Andrea is te zien en te lezen op www.compassmedia.nl en op hun kanalen bij TPO Magazine en Beacon Reader. Hun verhalen en foto’s zijn te lezen, zien en horen in o.a. Het Parool, Wordt Vervolgd, One World Magazine, Het Algemeen Dagblad, Knack Magazine, De Tijd, Radio 1 en Deutsche Welle.